Vorm en functie van cellen

Ons lichaam bevat veel verschillende typen cellen.
Al die cellen hebben een manier om zich te handhaven en dus een manier om aan energie te komen. Ze vernieuwen zichzelf en  hebben contact met de buitenwereld.

De functie van een cel is vaak af te lezen aan het uiterlijk. Een uitstulping aan een cel kan bijvoorbeeld dienen om te zwemmen. Maar een uitsteeksel kan ook opname van stoffen als functie hebben, of het transporteren van slijm langs het oppervlak van de cel.
Het is dus belangrijk om vorm en functie samen te bestuderen.

Bouw en functie

Aan de bouw van een menselijke cel is al enigszins af te leiden waarvoor hij zal dienen. Een menselijke eicel bijvoorbeeld is vrij groot en bevat al voedsel voor de nakomeling. Een spermacel moet zwemmen om de eicel te kunnen bevruchten en heeft daartoe een flinke zwemstaart.

Een cel die wat betreft vorm en functie nog alles kan worden noem je een stamcel. Stamcellen zijn dus cellen waaruit allerlei types nieuwe cellen kunnen groeien. 

 

Bouw van verschillende celtypen

In een menselijk lichaam zijn veel typen cellen te vinden. Bekijk de afbeelding.

Functie van de cellen met verschillende bouw

Een cel heeft een bepaalde vorm nodig om een functie goed uit te kunnen voeren. De vorm en functie van cellen horen bij elkaar. De vorm van een cel zegt iets over de functie van die cel. Een zenuwcel is lang en vertakt.
Sommige zenuwcellen kunnen meer dan een meter lang worden.
Bij een blauwe vinvis wel 30 meter! De uitlopers zijn dunner dan een haar.
Zenuwcellen transporteren elektrische signalen tussen cellen, bijvoorbeeld van de hersenen naar de spieren. Eén zenuwcel kan met duizenden andere cellen in contact staan.

Spiercellen zijn aan elkaar geplakt tot een spier. Een spiercel heeft eiwitten die zich kunnen samentrekken, waardoor beweging mogelijk is.
Afweercellen doden ziektekiemen.Hun membranen zitten vol met eiwitten die lichaamsvreemde stoffen kunnen herkennen. Darmcellen nemen voedingsstoffen op. Daarvoor hebben ze een groot, geplooid oppervlak.


Een speekselkliercel bijvoorbeeld moet veel enzymen kunnen maken en heeft daarom ook een groot endoplasmatisch reticulum

Maak jouw eigen website met JouwWeb